Ingevolge de bepalingen van het nieuwe insolventierecht dat op 1 mei 2018 in werking trad, worden wij, in het kader van de uitoefening van ons mandaat als ITAA accountant, wettelijk verplicht om u, in uw hoedanigheid van bestuursorgaan van uw onderneming, te informeren indien wij continuïteitsproblemen vaststellen in uw boekhouding.
Schrik dus niet indien u in de toekomst een schrijven in die zin van ons kantoor zou ontvangen.
Mochten wij zulke vaststellingen doen, zullen wij u, alvorens de kennisgeving te versturen, telefonisch contacteren.
Het wettelijk kader voor deze bijkomende verplichting in de uitoefening van ons mandaat ontstond reeds in 2009 door de invoering van de Wet betreffende de Continuïteit van de Ondernemingen (WCO). Sedert 1 mei 2018 werd het insolventierecht dus opgenomen in Boek XX van het Wetboek Economisch Recht (WER). Op dat ogenblik wordt er in dat insolventierecht een actieve rol weggelegd voor de Externe Accountant (ITAA) en de Bedrijfsrevisor (IBR).
Artikel XX 23,§3 WER stelt:
“de Externe Accountant (…) en de Bedrijfsrevisor die in de uitoefening van hun opdracht gewichtige en overeenstemmende feiten vaststellen die de continuïteit van de economische activiteit van de schuldenaar in het gedrang kunnen brengen, lichten deze laatste hiervan schriftelijk op een omstandige wijze in, in voorkomend geval zijn bestuursorgaan. Indien de schuldenaar binnen een termijn van een maand vanaf die kennisgeving niet de nodige maatregelen treft om de continuïteit van de economische activiteit voor een minimumduur van twaalf maanden te waarborgen, kan de Externe Accountant (…) de Bedrijfsrevisor de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank daarvan schriftelijk inlichten.”
In welke hoedanigheid de Externe Accountant deze vaststellingen doet is niet van belang. Dit kan dus in het kader van een langdurige opdracht of een verslaggeving zijn, zoals ook in het kader van bijstandsverlening aan een vennoot.
Wat zijn nu deze “gewichtige en overeenstemmende feiten”? Enkele voorbeelden:
- Veroordelende vonnissen met een belangrijk impact in het nadeel van de onderneming;
- Achterstallen van Sociale zekerheidsbijdragen, Belasting over Toegevoegde Waarde, bedrijfsvoorheffing of vennootschapsbelasting en leveranciers;
- Nadelige financiële feiten zoals een negatieve evolutie van de financiële structuur;
- Het niet nakomen van afbetalingsverplichtingen;
- Schade toebrengende operationele feiten zoals het verliezen van belangrijke medewerkers of klanten;
- …
De aangeschreven onderneming dient dus binnen de maand na ontvangst van de kennisgeving concrete maatregelen te nemen om de continuïteit van de onderneming voor minstens twaalf maanden te garanderen.
Hij dient deze dan ook mee te delen aan de Externe Accountant of Bedrijfsrevisor.
Dit zou in voorkomend geval kunnen bestaan uit een realistisch herstelplan, waarbij wij u voor de redactie indien nodig uiteraard graag onze hulp aanbieden.
De Externe Accountant of Bedrijfsrevisor is niet verplicht om deze vaststellingen aan derde autoriteiten zoals de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank te melden, maar de Externe Accountant of Bedrijfsrevisor dient wel mee te delen dat deze mogelijkheid bestaat indien de onderneming niet op een adequate wijze reageert.
Dit is een wettelijke uitzondering op het beroepsgeheim dat ons uiteraard steeds bindt.
Bovendien dient in de kennisgeving ook gewezen te worden op de persoonlijke aansprakelijkheid van het bestuursorgaan indien de passende gevolgen niet gegeven worden aan dit schrijven.
Indien u hieromtrent nog verdere vragen of bemerkingen heeft, mag u ons uiteraard steeds contacteren.
Van den Berghen & De Roo, Accountants en Fiscale Juristen.